In Barby, aan het ontbijt in ‘Zum Rautenkranz’ ontmoetten wij een vrouw met een behoorlijk blauw gezicht. Ze vertelde gevallen te zijn en waarschuwde voor de paden op de dijken. We knoopten het in onze oren, en dat was nodig ook, want al spoedig kwamen die paden op onze weg. Een smalle dijk met bovenop twee betonpaden ter breedte van een flinke autoband, daartussen gras. En dat kilometers achtereen. Toen ik even op mijn GPS keek, maakte ik een slinger en lag inderdaad naast mijn fiets, naast het pad, op de steile dijkhelling, gelukkig zonder breuken of schaafwonden. Uitkijken dus!
Uiteindelijk reden we Magdenburg in, de route volgend, en kwamen zo helemaal vanzelf bij het allerleukste hotel dat we ons konden voorstellen, gevestigd in ‘Die Grüne Zitadelle von Magdeburg’ een kunstwerk-gebouw van Hundertwasser. Dat bleek te heten het ‘Arthotel’. Zoals te verwachten was alles daarbinnen rond of scheef (Hundertwasser had een hekel aan rechte lijnen), zodat je zeker in de badkamer soms moeite had je evenwicht te bewaren. Op de binnenplaats van het gebouw was een mooie tentoonstelling van grafiek van de kunstenaar. Wij vonden deze grüne Zitadelle eigenlijk mooier dan het ‘echte’ Hundertwasserhaus in Wenen. Het staat hier in Magdenburg mooier en vooral ruimer, je kunt er omheen lopen binnen koffie drinken. Al dat groen en die prachtige pilaren…
Magdenburg zelf heeft een mooie gerestaureerde kathedraal, die kennelijk het bombardement dat de rest van het centrum verwoestte, heeft overleefd. In het centrum dus voornamelijk soms mooie nieuwbouw, waardoor het toch wel een zekere gezelligheid kent. Meteen daarbuiten zijn prachtige oude wijken die zeker een bezoek waard zijn, en waar gezellige terrasjes en winkels zijn.