Vanaf Ravenusa voert de tocht door een mooi landschap, alweer met veel bloemen en flinke heuvels. Als de zon brandt – zoals vandaag – is het warm en is er weinig schaduw te vinden. De plaatsjes onderweg – Riesi en Barrafranca – zijn arm en lelijk. Bovendien is er een staking van de vuilnisophaaldiensten aan de gang, dus we komen regelmatig – vooral bij de plaatsjes – grote hopen stinkende vuilniszakken tegen. Een keer ligt er een grote dode hond midden op de weg, met uitgesatrekte poten en uitstulpende ingewanden.
Halverwege worden we achterna gezeten door een paar grote honden met weinig goede bedoelingen. Gelukkig gaan we bergaf, dus te hard voor ze om bij te houden, maar leuk is het niet.
Vlak voor Piazza Armerina ligt de beroemde Villa Casale. Dat is het huis van een romeinse onder-keizer, die in al zijn talrijke kamers prachtige mozaïeken heeft laten leggen. Die mozaïeken zijn nu nog steeds te bewonderen. Het meest opvallend is het mozaïek met de “bikini-meisjes”; deze klederdracht is dus niet in Parijs of op het eiland Bikini uitgevonden, maar was reeds in de laat-romeinse tijd (plm. 300 na Chr.) bekend. De hele Villa Casale is de moeite waard. Verbazend is dat het is toegestaan over de mozaïeken heen te lopen; dat hebben wij met onze fietsschoenen alleen al om morele redenen niet gedaan.
Na de Villa Arcale is het nog 5 km naar Piazza Armerina. Dit blijkt een leuk stadje te zijn, waar we op geleide van de Lonely Planet onderdak vinden in het Design Hotel, vlak naast de Duomo. Flink aan de prijs, maar er zit dan ook een Jacuzzi bij in de badkamer. Het stadje zelf heeft een mooie middeleeuwse wijk en lekkere eetgelegenheden, waar men onder andere het bijzondere gerecht ‘pizza met patat’ serveert.
Dit traject is ruim 71 km lang en voert langzaam naar steeds grotere hoogte; we eindigen op zo’n 700 meter.