Je hebt ondertussen IGN-kaart 107 bereikt: op naar Dieppe. Waren er in het vorige traject nog fietspaden langs de D-weg, nu zijn die er helaas niet meer. Dat betekent goed doorfietsen en ook goed in je spiegel kijken om te zien of er grote vrachtwagens aankomen. In het algemeen gedragen de Franse automobilisten zich overigens prima: er worden grote bochten om ons heen gemaakt en niet zelden gebeurt het dat een vrachtwagen op een smaler gedeelte een paar minuten achter ons blijft rijden – wat trouwens wel een ongemakkelijk gevoel geeft.
De weg loopt niet vlak langs de kust, dus de zee zie je niet. Plaatsjes die je passeert liggen vaak in de diepte: je daalt er met een noodvaart naar toe, en moet er dan weer met flinke inspanning uitklimmen. Dat je in de buurt van het strand bent merk je aan de grote hoeveelheid campings, B&B’s en hotels.
Dieppe inkomen vanaf het noorden bleek niet helemaal vanzelfsprekend. Voor je het weet word je naar een snelweg geleid, waar je als fietser niet mag komen, dus het is even puzzelen. Om in het centrum te komen is ook hier de algemene regel: naar beneden, dan kom je er wel. Zo bereik je dan het aardige centrum van deze kustplaats-met-geschiedenis. Er zijn genoeg terrassen om te eten en te drinken. In het restaurant dat wij kozen serveerde men uiteraard moules-frites, en wij kregen ze overgoten met een verrassende kaassaus. Lekker? Hm, daar zullen we nog eens over nadenken. In elk geval waren er heel wat servetjes nodig om onszelf weer schoon te krijgen.
Even voorbij Dieppe ligt het aangename kustplaatsje Pourville en een kilometertje daarna vind je de prettige Camping le Marqueval.
Voor het warme eten kun je terugfietsen naar het dorp en daar tijdens het diner genieten van de prachtige krijtrotsenkust. Zo mooi, dat Monet hem hier geschilderd heeft!
Hieronder zie je hoe je bij elk kustplaatsje een dal inrijdt en daarna weer eruit moet klimmen. In totaal 415 meter klimmen. De laatste heuvel is Dieppe uit om in Pourville (aan de kust) te komen.