Van Hasselt naar Zwolle varen is een genoeglijk tochtje over overzichtelijk binnenwater. We varen van de jachthaven in Hasselt terug naar het Zwarte Water en gaan dat dan stroomafwaarts volgen. Het is een eenvoudig en rustig tochtje, waarbij je na de Twistvlietbrug een zijwater bakboord richting Zwolle ingaat. Voor Zwolle ligt dan nog de Holtenbroekerbrug die open moet, en daarna varen we rechtdoor en zien al snel de steigers van de gemeentehaven aan de rand van het oude centrum.
Dan is het nog even rondvaren en zoeken, want niet alle steigers hebben elektriek; bovendien is er nogal veel bezet. Met hulp van een aardige collega-vaarder vinden we uiteindelijk een plekje; er blijkt nog best veel ruimte aan de stadsrand te zijn. Aardig voordeel van deze haven is, dat je zo de gezellige binnenstad inloopt. Met name het museum de Fundatie is een aantrekkelijke bestemming om een middag door te brengen.
De volgende dag varen we door met bestemming Kampen. Eerst de Spooldersluis door en dan de Gelderse IJssel op, stroomafwaarts (scheelt al gauw 3 km snelheid per uur) en genietend van de wijdse uitzichten en prachtige wolkenhemels. Wat is dit toch een mooie rivier, met koeien die als op een Ruijsdaelschilderij in het water staan.
Bij Kampen kiezen we dit keer niet voor de gemeentehaven bij de Kogge, maar voor de haven daartegenover, van WV IJsselmuiden. We krijgen een mooi plaatsje (het laatste, want zo groot is het daar niet) en merken dat we ook hier vlak bij het mooie oude Kampen liggen: alleen maar even de brug met de gouden wielen over.
De aardige vrijwillige havenmeesteres maakt ons even wegwijs. Er is van alles al verbeterd aan de haven, maar de toilet- en douchevoorzieningen moeten nog aan de beurt komen. Dat is inderdaad te merken, al zijn ze goed bruikbaar; maar dat mag de pret niet drukken: we liggen mooi en Kampen is een fijne stad.